![]() ![]() ![]() |
2008 Start mannenopvang Vrouwenopvang biedt mannelijke slachtoffers van huiselijk geweld unieke hulp |
“Cliënt is na een hoog opgelopen ruzie, waarbij zijn vrouw hem met een mes diverse malen in zijn handen heeft gesneden, naar het ziekenhuis gegaan voor verzorging van zijn wonden. Hierna heeft hij aangifte gedaan bij de politie van mishandeling. Via de politie is hij bij de mannenopvang terechtgekomen.’ In 2008 startten de vier grote gemeenten (G4: Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht) een pilot mannenopvang. Voor het eerst in de geschiedenis kwam er aandacht voor mannelijke slachtoffers van huiselijk geweld. Uniek in de wereld. De vrouwenopvang in de G4 nam de uitvoering van de pilot ter hand. Het was bekend dat vrouwen oververtegenwoordigd zijn onder volwassen slachtoffers van huiselijk geweld. Maar in de praktijk van de opvang werd steeds duidelijker dat ook mannen slachtoffer zijn van huiselijk geweld. Onderzoek uit 2010 geeft zelfs aan dat zo’n 40 procent van de slachtoffers man is. Geweld tegen mannen niet gelijk aan geweld tegen vrouwen Vrouwen zijn vaker slachtoffer van ernstige fysiek geweld dat langdurig aan kan houden met grote traumatische gevolgen. Mannen hebben meer te maken met allerlei vormen van niet-fysiek geweld. Maar ook fysiek geweld komt voor. De hulpverlening had hier nog weinig oog voor. Het strookt niet met de common sense dat mannen over het algemeen de dader zijn. Mannen praten er ook niet makkelijk over, laat staan dat ze hulp vragen. Vaak wordt hun problematiek over het hoofd gezien of teniet gedaan. Dit leidt tot het jarenlang ondergaan van vernederingen, uitschelden tot slaan en schoppen. Terugslaan durft een man dan niet uit vrees door de politie aangezien te worden als pleger waarmee het geweld begon. Dat kan een uithuiszetting tot gevolg hebben. De pilot bleek succesvol en de mannenopvang werd een structureel onderdeel van het aanbod van de vrouwenopvang. In de periode 2013 – 2018 werden meer dan negenhonderd mannen opgevangen. De meeste mannen hadden een leeftijd van tussen de 19 en 55 jaar. De mannenopvang werd in 2017 uitgebreid met nieuwe locaties in Zwolle (Kadera) en Tilburg (Sterk Huis). Op die manier werd de landelijke spreiding verbeterd. Doel en uitgangspunten Doelstelling van de mannenopvang is dat de mannen weer een zelfstandig leven kunnen gaan leiden en een toekomst voor zich hebben zonder geweld. De instellingen beschikken over brede expertise op het terrein van homohulpverlening, eergerelateerd geweld, mensenhandel en psychiatrie. Vanaf de start van de mannenopvang is gewerkt aan een duurzaam en landelijk dekkend opvangsysteem om de gevluchte mannen een veilig onderkomen en hulp te bieden. Een belangrijk uitgangspunt is dat de mannenopvang net als de vrouwenopvang landelijk toegankelijk is. Dit betekent dat ook mannen van buiten de plaats waar de opvang is gevestigd, opgevangen kunnen worden.(zie Extra). Kenmerken van het geweld Door onderzoek groeide het inzicht in de hulpvraag. Net als bij de vrouwenopvang is het geweld bij de mannenopvang niet eenduidig. Van alle cliënten is ruim 55% slachtoffer van huiselijk geweld. Daarna volgt eergerelateerd geweld en mensenhandel (ieder ca. 20%). Dreiging voor geweld bij homoseksualiteit is vaak verbonden aan eergerelateerd geweld. Het soort huiselijk geweld varieert enorm. Wat fysiek geweld betreft kan het gaan om slaan en schoppen, maar ook het steken met een mes en het van de trap afduwen. Het psychisch geweld varieert van het plaatsen van venijnige opmerkingen tot het opsluiten in een ruimte in huis en het bedreigen met de dood. Het seksueel geweld bestaat uit gedwongen seks met de (ex-)partner, gedwongen seks met een huisvriend of gedwongen prostitutie. Bij eergerelateerd geweld gaat het vaak om problemen als gevolg van homoseksualiteit die in bepaalde culturen door de familie niet wordt geaccepteerd. Wanneer zij uitkomen voor hun seksuele voorkeur kan dit levensgevaarlijk zijn. Slachtoffers van mensenhandel vormen een aparte doelgroep. Zij zijn vaak slachtoffer van financiële uitbuiting of gedwongen prostitutie. Bijna alle slachtoffers hebben geen geldige verblijfstatus of een voorlopige verblijfstatus op basis van een arbeidscontract. Het doorlopen van de procedures voor de verblijfstatus neemt veel tijd in beslag. Het is in veel gevallen niet zeker dat ze na aangifte een verblijfvergunning krijgen omdat juridische procedures vaak door onvoldoende bewijslast vastlopen. Overigens bleek uit onderzoek dat de problematiek bij de mannen niet altijd zo netjes onder te verdelen valt. Dacht men bij de intake te maken hebben met een slachtoffer van eergerelateerd geweld, tijdens de opvang was het meer een vorm van huiselijk geweld. De herkomst van de cliënten is zeer divers. In de afgelopen jaren waren in de mannenopvang ca 30 etniciteiten vertegenwoordigd, waarbij de Nederlandse, Marokkaanse, Turkse, Surinaamse en Somalische achtergrond het hoogst scoorden. Hulpaanbod Veel slachtoffers zijn ernstig getraumatiseerd en het herstel kan lang duren. Extra zorg en aandacht wordt besteed aan vaderschap als er kinderen bij betrokken zijn. Ieder kind heeft recht op beide ouders. Indien mogelijk worden daarom de partners expliciet betrokken ook als er sprake was van ernstig huiselijk geweld zoals stalking/bedreiging of complexe scheidingen. Specifieke aandacht wordt besteed aan het aansluiten van de hulpverlening op de leefwereld van de LHBTIQ+ doelgroep. Om het nog steeds heersende taboe op mannenmishandeling te doorbreken, worden mannen gestimuleerd om over hun geweldervaringen te praten. In 2023 is een (maandelijkse) online lotgenotengroep gestart voor mannen die in contact willen komen met andere mannen die huiselijk geweld hebben meegemaakt. Mannen kunnen zich via een landelijk nummer (0800 – 31 000 31) aanmelden voor de mannenopvang. |
|