NIEUW
Podcast-serie Canon sociaal werk
Symposium erfgoed en sociaal werkSymposium 13 juni
1969 Michael Lipsky
Street level bureaucrats en discretionaire ruimte
eerste   vorige   homepage   volgende   laatste

In het programma 'welzijn nieuwe stijl'worden acht bakens omschreven voor een vitaal sociaal werk. Het achtste baken is ruimte voor de professional. Daarmee is een rechtstreekse lijn gelegd tussen de huidige discussies over wat voor sociaal werk onze samenleving nodig heeft en het werk van Michael Lipsky. Deze Amerikaanse onderzoeker worstelde net als zijn vakgenoten met de vraag hoe impact van overheid op burgers te meten. Er was immers nogal wat bezorgdheid over zwakke implementatie van beleid. Die bezorgdheid klinkt door in de titel van een boek uit 1973: Implementation: how great expectations in Washington are dashed in Oakland. In 1969 loopt Lipsky hierop vooruit en presenteert op het jaarlijkse congres van de Amerikaanse politieke wetenschap in New York een paper die later baanbrekend zal blijken te zijn. Twee belangrijke begrippen worden er geboren: de street level bureaucrat en discretionaire ruimte. Vanaf 1980 krijgen ze grote bekendheid, in dat jaar verschijnt de boekversie: Street-level bureaucracy, dilemmas of the individual in public services.

Lipsky introduceert de term street level bureaucrat om te verwijzen naar al die ambtenaren van de overheid (en de sector van publieke dienstverlening) die dagelijks in contact staan met burgers en een behoorlijke impact kunnen hebben op die burgers. In zijn oorspronkelijke studie gaat het voornamelijk over politie, leerkrachten en rechters bij lagere rechtbanken, maar later is dat door Lipsky en anderen uitgebreid en omvat het ook sociaal werkers. Het zijn juist deze mensen die de overheid vorm geven, die via hun dagelijks werk ‘smoel geven’ aan wat de overheid voor burgers betekent. Casper Hartman en Pieter Tops vernederlandsen dit tot frontlijnwerkers en omschrijven hen als visitekaartjes van de overheid. Soms wordt dat erg letterlijk, zoals de wijkagenten in Antwerpen.
Ze zijn niet alleen visitekaartjes, Lipsky kroont hen ook tot de echte vormgevers van beleid. Dat kan wel ergens in democratisch gekozen besturen geschreven worden, maar het zijn de frontlijnwerkers die het door hun manier van implementatie echt vorm geven. Het tweede concept uit het werk van Lipsky lanceerde heeft zo mogelijk nog meer bekendheid gekregen: discretionaire ruimte. Eén van de belangrijke kenmerken van frontlijnwerkers is dat ze behoorlijk wat autonomie hebben, dat ze over de concrete uitvoering van hun taak veel eigen beslissingen kunnen nemen.

Velen werden door het onderzoek van Lipsky geïnspireerd en pasten zijn concepten toe in eigen werk. Zo was er het onderzoek van Romke van der Veen naar de uitvoering van sociale zekerheid of het werk van Pieter Tops over frontlijnsturing. Stavros Zouridis omschreef in zijn proefschrift (2000) hoe digitalisering van overheidsprocessen en publieke dienstverlening de discretionaire ruimte van frontlijnwerkers beperkt: de zogenaamde screen level bureaucracy. Dat merk je bijvoorbeeld als je de boeken van de openbare bibliotheek te laat terug brengt. Vroeger kon de bibliotheekmedewerker je als trouwe klant nog wel eens de boete kwijtschelden, tegenwoordig is de computer ongenadig.
De Vlaamse socioloog Koen Hermans beschreef dan weer in zijn proefschrift (2005) hoe discretionaire ruimte uitpakt in het werk van sociaal werkers in de Vlaamse OCMWs.
De Brit Tony Evans onderzocht hoe street level bureaucracy uitpakt in Brits sociaal werk en kwam tot de observatie dat management dikwijls juist de discretionaire ruimte van professionals verdedigt, in tegenstelling tot wat Lipsky verwachtte. Evans argumenteert ook dat de invloed van computersystemen op de discretionaire ruimte van sociaal werkers beperkt is, omdat die systemen heel vaag zijn en veel handelingsruimte toelaten.

Publicatiedatum: 18-06-2011
Datum laatste wijziging :11-11-2013
Auteur(s): Jan Steyaert,
Verder studeren
Literatuur
Video

Street level bureaucrats zijn onderwijzers, agenten, sociaal werkers en andere professionals die namens de overheid rechtstreeks met burgers in contact staan. Professor Michael Lipsky licht zijn baanbrekende studie Street Level Bureaucracy: Dilemmas of the Individual in Public Service toe door het belang van deze professionals in het beleidsproces nog eens voor het voetlicht te halen ter gelegenheid van de dertigste verjaardag van zijn boek. Hij geeft ook een verklaring voor het feit dat zijn studie al die tijd actueel is gebleven.

eerste   vorige   homepage   volgende   laatste