NIEUW
Podcast-serie Canon sociaal werk
Symposium erfgoed en sociaal werkSymposium 13 juni
Verwante vensters
1992 Nelleke Nicolai
Vrouwenhulpverlening en psychiatrie
eerste   vorige   homepage  
 
In 1992 kwam het boek Vrouwenhulpverlening en psychiatrie uit. Auteur Nelleke Nicolai toonde in dit boek een verklaringsmodel voor seksespecifieke psychiatrische aandoeningen. Ze bood tevens een handvat om behandelingen hierop af te stemmen. Vrouwenhulpverlening en psychiatrie opende velen de ogen, want dat aan bepaalde psychiatrische aandoeningen seksespecifieke (sociale) factoren ten grondslag zouden kunnen liggen, werd in die tijd nog nauwelijks onderkend. laat staan dat er therapieën waren die hierop waren afgestemd.

Vrouwen hebben meer kans op het krijgen van een psychiatrische aandoening dan mannen. Dit feit werd lange tijd niet erkend in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ). (Mannelijke) zenuwartsen besteedden wel aandacht aan ‘typisch vrouwelijke’ klachten als hysterie. Deze werden toegeschreven aan vermeende vrouwelijke eigenschappen, zoals passiviteit of emotionaliteit. De behandeling was echter altijd sekseneutraal en er bestond geen besef dat ‘vrouwelijke’ psychiatrische klachten te maken konden hebben met de ondergeschikte positie van de vrouw.
In 1970 betoogde Phyllis Chesler voor een gehoor van de American Psychological Association dat vrouwelijk patiënten verkeerd werden behandeld. Als een vrouw vertelde over geweld en misbruik in haar jeugd, of onderdrukking binnen het huwelijk, luisterde de (mannelijke) therapeut maar half. Hij scheepte haar af met een behandeling die eruit bestond dat ze zich moest leren aanpassen aan het toen vigerende ideaalbeeld van de vrouw: de liefhebbende, zorgzame en gehoorzame echtgenote en moeder. Cheslers betoog riep gemengde reacties op, een paar jaar later schreef ze er een bestseller over.

Nelleke Nicolai was een van de mensen die zich lieten inspireren door dit gedachtegoed. Nicolai werd in 1947 geboren in Groningen. Als kind wist zij al dat ze psychiater wilde worden. Ze leerde toen ook dat dit betekende dat zij in haar omgeving tegenstand moest overwinnen. Want dokter worden en kinderen krijgen, kon niet samengaan. Nicolai liet zich niet tegenhouden en ging in de jaren zestig geneeskunde studeren in Rotterdam. Ze specialiseerde zich inderdaad in de psychiatrie. Aangestoken door de tweede feministische golf maakte zij kennis met het gedachtegoed van Nancy Chororow, feministisch socioloog en auteur van het veelgeprezen en -gelezen boek Waarom vrouwen moederen (The reproduction of motherhood, 1978). Dit boek gaf op basis van een model afkomstig uit de psychoanalyse een antwoord op de vraag waarom meisjes zich anders ontwikkelen dan jongens. Een paar jaar later kreeg ze ook de vuistdikke bundel Women and mental health (redactie Elizabeth Howell en Marjorie Bates) onder ogen, waarin de gender bias in de GGZ centraal stond.

Nicolai gaf een eigen draai aan haar feministische bevlogenheid en raakte betrokken bij de Vrouwenhulpverlening (VHV). Ondertussen ging zij aan de slag als psychiater en psychotherapeut, eerst bij een instelling, later in een eigen praktijk. Vanaf 1991 werkte ze tevens als psychoanalyticus.
Haar ster rees snel. In 1983 werd ze benoemd tot lid van de door de overheid ingestelde projectgroep Vrouwenhulpverlening. Deze had tot doel de vrouwenhulpverlening in de bestaande praktijken (en geldstromen) te integreren. In haar praktijk probeerde Nicolai hetzelfde te doen: de verworvenheden van de vrouwenhulpverlening te integreren in de bestaande hulpverleningspraktijk, met name de GGZ.

In 1992 bundelde Nicolai haar kennis en ervaring op het gebied van de behandeling van vrouwelijke psychiatrische patiënten én haar betrokkenheid bij de VHV in het boek Vrouwenhulpverlening en psychiatrie. Hierin liet zij zien dat vrouwen in het dagelijkse leven te maken hebben met problemen die mede veroorzaakt worden door het simpele feit dat zij vrouw zijn. Vrouwen worden geconfronteerd met irreële beelden van vrouwelijkheid waaraan ze bewust of onbewust proberen te voldoen. Veel vrouwen zijn hier niet tegen opgewassen en gaan (psychische) klachten ontwikkelen. In Vrouwenhulpverlening en psychiatrie bood Nicolai een samenhangende behandeltheorie en -methodiek, waarin deze beide werelden werden geïntegreerd. Het boek beleefde verschillende herdrukken en is verplichte kost geworden voor psychiaters en andere hulpverleners in opleiding.

Publicatiedatum: 22-09-2014
Datum laatste wijziging :24-03-2019
Auteur(s): Catharina Th. Bakker,
Verwante vensters
Verder studeren
  • Nelleke Nicolai (1992), Vrouwenhulpverlening en psychiatrie Amsterdam: Babylon-De Geus, 1997 vijfde herziene druk.
  • Externe link Gemma Blok (gastredacteur) e.a. (2010), Gender en gekte Jaarboek voor vrouwengeschiedenis 30. Amsterdam: Aksant. Met name 'Gender en gekte. Inleiding’, pp. 7-18; 'Vrouwen achter het behang'; ‘”Moeilijke jongedames”. pp. 103-123.
  • Externe link Janneke van Mens-Verhulst en Berteke Waaldijk (red.) (2008), Vrouwenhulpverlening 1975-2000. Beweging in en rond de gezondheidszorg.  Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
  • Janneke van Mens-Verhulst en Lies Schilder (red.) (1994), Debatten in de vrouwenhulpverlening. Amsterdam: Babylon-De Geus
  • Nelleke Nicolai (1998), In de arena. Over gender, grenzen, geweld en zorg. Amsterdam: Van Gennep.
Literatuur
  • Externe link Phyllis Chesler (1972), Vrouwen en waanzin Amsterdam: Arbeiderspers. Vertaling van Women and Madness (1972)
  • Nancy Chodorow (1978), Waarom vrouwen moederen. Psycho-analyse en de maatschappelijke verschillen tussen vrouwen en mannen.  Amsterdam: Feministische Uitgeverij Sara.
  • Elizabeth Howell en Marjorie Bayes (1981), Women and mental health.  New York: Basi Books.
Aanvullend materiaal
Studieopdrachten Klik hier om de studieopdrachten te bekijken
eerste   vorige   homepage