NIEUW
Podcast-serie Canon sociaal werk
Symposium erfgoed en sociaal werkSymposium 13 juni
Geen zee te hoog Tom Tossijn (met foto’s van Maaike Koning)
Geen zee te hoog
Dertig jaar Leefkringhuis in Amsterdam-Noord

Uitgeverij December, Amsterdam, 2015
€ 10.00
Bestellen
eerste   vorige   overzicht   volgende   laatste
Het slechte nieuws: Mimouna van negen wordt door de politie langsgebracht. Ze heeft een slaapplaats nodig. Haar moeder heeft bij haar oudere zusje alle botten gebroken die ze kon breken en zit nu in de cel. Het zusje was misbruikt door haar neef. De moeder durfde die neef niet te lijf te gaan en koelde haar woede toen op haar dochter.
Het goede nieuws: dit en nog veel meer verhalen heeft Tom Tossijn opgeschreven in een prachtig boek over het werk dat het Leefkringhuis al jaren doet in de Vogelbuurt – met treffend sobere foto’s van Maaike Koning. De doffe ellende komt achter de voordeuren vandaan. Net als de no-nonsense aanpak van het Leefkringhuis: één loket, iedereen is welkom en het komt altijd goed.

De Vogelbuurt is mooi om te zien: die bakstenen huizen, de groene straatjes, het elegante Zwanenplein met de oude kerk in het midden. Maar achter de voordeuren! Tossijn somt het koeltjes op. Van alle buurtbewoners moet 28,4% rondkomen van het minimum. Het percentage bijstandsgerechtigden, 11,3%, is het hoogste van Noord. Van de jongeren tot 18 jaar is ruim twee-derde van niet-westerse afkomst. Van deze groep leeft 43% op of beneden het bestaansminimum. Van de jongeren tussen 12 en 24 jaar wordt 6,3% procent verdacht van criminaliteit. Van alle kinderen is 4,6% aangemeld bij Jeugdzorg. Huiselijk geweld, verslaving en huisuitzettingen zijn aan de orde van de dag.
Middenin die buurt staat het Leefkringhuis. Directe hulp voor elke denkbare combinatie van problemen. Elke dag spreekuur. Acht huizen voor tijdelijke opvang van vrouwen en kinderen. Drijvende kracht achter de twee voedselbanken van Noord. Samenwerkend met alle mogelijke hulp- en welzijnsinstellingen. Maar: vanaf het begin onafhankelijk. Nooit opgegaan in fusies, clustervorming of andere vormen van schaalvergroting die onnodige afstand scheppen tussen hulpvrager en hulpverlener. En omdat het Leefkringhuis nooit nee verkoopt is er altijd meer geld nodig dan gemeente, stadsdeel, bedrijfsleven en donateurs kunnen opbrengen. Elk jaar moet er een tekort van 1 ton worden gedicht. Althans: tot aan dit voorjaar.

Tom Tossijn schreef dit boek in opdracht van stadsdeel Noord ter gelegenheid van het dertigjarig jubileum, dat op 27 mei werd gevierd. De zon scheen, op het Zwanenplein stond een feesttent en in de kerk was er een symposium over de toekomst van het Leefkringhuis. Daar werd bekend gemaakt dat een nieuw convenant tussen gemeente, fondsen en bedrijfsleven de basisfinanciering voor de komende jaren garandeert. Er werd ook een start gemaakt met een Social Inpact Bond rond het voorkomen van huisuitzettingen, een specialiteit van het Leefkringhuis: private partijen financieren vooraf, de gemeente betaalt met rente terug als de doelstelling gehaald wordt. Goed voor iedereen: als een gezin met een huurschuld van €1000 zijn huis wordt uitgezet, kunnen de kosten voor opvang oplopen tot een ton. Typisch Leefkringhuis: ouderwetse hulp, nieuwe manier van organiseren. Het werd een mooie woensdagmiddag: iedereen was er, van bankjeszitters tot rondrennende kinderen, van hoofddoekmoeders tot Rotary-leden, van wethouders tot hardwerkende vrijwilligers. En directeur Paul Scheerder, een bescheiden monument van een man, kreeg de erespeld van Noord.

Voor een boek over zo’n sociaal mirakel liggen de valkuilen klaar. Hoe hou je het leesbaar als de ellende waar alles om draait soms zo gruwelijk is? Hoe beschrijf je de daadwerkelijke hulpverlening zonder in onoverzichtelijk jargon te vervallen? Hoe portretteer je de directeur, meneer Paul, zonder hem heilig te verklaren en al zijn medewerkers te vergeten?
Tom Tossijn is het gelukt. Iedereen die wel eens ergens is in Noord kent hem: goedlachs, altijd op de hoogte van de laatste nieuwtjes, uitgesproken maar geen ruziemaker. Hij schrijft de moeilijkste dingen makkelijk op. En als voormalig directeur van het centraal bureau van de Nederlandse Organisatie van Welzijnswerkers weet hij als geen ander hoe uniek de directe, onbureaucratische stijl van het Leefkringhuis is. Tossijn gaat de treurnis niet uit de weg, maar durft ook te lachen als mensen wel een erg onbeholpen soepzootje maken van hun bestaan. Hij omschrijft helder de sociale context van Noord en het labyrint van het welzijnswezen, maar verdwaalt niet in details en uitweidingen. Hij bewondert Scheerder overduidelijk enorm, maar meneer Pauls bescheidenheid is besmettelijk, dus een heiligenportret wordt het niet – en Meredith Smith, de vrouw die er ook al jaren werkt en straks de directie gaat overnemen, wordt met evenveel warmte omschreven.

Geen zee te hoog is voor iedereen die snapt dat er in Noord altijd evenveel goed nieuws als slecht nieuws is. Het is tegelijk een deprimerend en inspirerend boek. Koop het bij de Noordse boekhandels Plantage Van der Plas of Over het Water. En als je echt geen geld hebt om boeken te kopen, omdat je gas en licht al niet kan betalen en je dreigt uit je huis te worden gezet, dan ligt er een leesexemplaar voor je klaar in de wachtkamer van het Leefkringhuis.

Chris Keulemans


Beoordeling redactie:
eerste   vorige   overzicht   volgende   laatste